Volgens veel publicaties was Debré een groot bewonderaar van de Nederlandse “Amsterdamse School”-stijl.
De straat loopt tussen de rue St. Jacques en de rue de l’Ulm, metro Monge, lijn 7 of RER B Luxembourg.
]]>Henri Ragache ontwierp het gebouw voor een neef [Ernest Ragache] die geslaagd zakenman was en in deze buurt een Immeuble wilde hebben. De familie Ragache komt uit de Vaugirard buurt. Het gebouw heeft een prettige symmetrie , sluit heel goed aan bij de rest van de bebouwing op het rijtje (Haussmann bouwregels ? ) en de gevel heeft prachtige Art Nouveau details. Vooral de omlijsting van de deur en de ramen kom je regelmatig in boeken en op Art Nouveau blogs tegen. Het Immeuble staat een een aardig pleintje / lommerrijk parkje uitkomend op de Rue Vaugirard
Henri Ragache [officieel Charles-Hippolyte] heeft veel samengewerkt met een oom die als architect in dienst was van de stad Parijs en zijn twee broers. Verschillende Immeubles zijn tot stand gekomen in die samenwerking en werden getekend als H. Ragache. Onder andere een Immeuble aan de 20, rue de l’Abbé de l’Épée. Dat is een typisch Haussmann stijl appartementen complex. [Meer over dit Immeuble >>>]
Immeuble
Architect: H Ragache
Wanneer 1902
Adres: Place Adolphe Cherioux 14
Metro: Vaugirard
Het zijn geen hoogstandjes van architectuur maar het is wel leuk om er even langs te lopen op weg naar Hotel Godfray (Raymond Fischer) en Maison Froriep (Lurcat)
Op nr 25 staat een smalle atelier woning. De studio Huré. Marguerite Huré was eind jaren 20 een succesvol glas in lood schilder en ontwikkelde ook nieuwe glasbewerking technieken
Door de pilaren en de grote ramen heeft de woning de indruk heel hoog te zijn. De pilaren zijn net als het merendeel van de constructie van het huis van beton. Perret was wat dat betreft de eerste specialist die hier mee bouwde. Het gaf hem aan de gevel gelegenheid tot het gebruik van grote raampartijen voor het atelier.
Latere bewoners hebben overigens ge gevel ingrijpend veranderd. Zoe te zien is er een extra verdieping in gebouwd
Architect: Auguste Perret
Waar: Rue Belvedere , Boulogne Billancourt
Wanneer: 1928 en 1929
]]>
Het is geen appartementencomplex zoals Castel Beranger maar een Hôtel Particulier. Een particulier woonhuis dat in opdracht van de Franse zakenman Paul Mezzara werd gebouwd. Mezzara handelde in stoffen (kant) en gebruikte de villa ook om nieuwe stoffen te tonen aan zijn klanten.
Van buiten is dit misschien niet het meest in het oog springend Art Nouveau gebouw in Parijs en ook niet van Guimard. Het huis ligt namelijk wat dieper weg van de straat dan de andere woningen aan de Rue Fontaine. En is ook duidelijk minder hoog dan de rest van de bebouwing. Links zie je de concierge woning en rechts het eigenlijke woonhuis. De Façade van het huis is al met al wat sober, maar wacht tot je binnentreed,
Want vooral de inrichting , interieur en decoraties is fenomenaal. Want ook de inrichting en binnen decoraties zijn geheel van de hand van Guimard
De centrale hal en trappenhuis overstijgt in bepaalde opzichte het werk van Horta absoluut.
De afgelopen jaren mocht De Cercle Guimard de villa een paar keer gebruiken voor tentoonstellingen over Guimard en konden bezoekers een blik werpen in dit bijzondere huis. Momenteel is de Cercle Guimard bezig om samen met een geldschieter Hotel Mezzara de kopen , op te knappen en in te richten als de Fondation Guimard. Maar dat is een langzaam proces. Voorlopig moeten we het dus doen met de foto’s
Meer over de Cercle Guimard >>>>
Het About Art Nouveau blog over Hotel Mezzara >>>
Praktische informatie:
Architect: Hector Guimard
Adres: 60 rue Jean de la Fontaine
Gebouwd : 1910
]]>
Villa Seurat is een smal straatje met huizen annex ateliers die geschikt zijn voor beeldend kunstenaars. Dus vaak op de bovenverdieping een licht atelier met ramen aan de noordzijde. De meeste huizen zijn van de architect Lurcat maar er is ook een atelierwoning ontworpen door Auguste Perret. En dat is Atelier Chana Orloff.
Chana Orloff was in het begin van de 20ste eeuw vooraanstaand avant-garde beeldhouwster. Wat aan dit huis opvalt is dat van drie verdiepingen de twee onderste verdiepingen zijn samengevoegd, En dat is de atelierruimte. Dus heeft het huis een hoge onder verdieping met een enorme raampartij. Van binnen zie je goed hoe groot en mooi licht het atelier is geweest. Ook fraai is de overloop halverwege het atelier waar je mooi zicht hebt op de beelden van Orloff. Dat was destijds voor de beeldhouwster een mooie plek om potentiele kopers zicht te geven op haar werk. Atelier Chana Orloff is nu een bijzonder en intiem museum waar 200 van haar werken zijn tentoongesteld en kunnen bezoekers vanaf diezelfde overloop het werk overzien. Van buiten is het huis vrij sober en strak. Van binnen is het huis ook sober maar stijlvol en duidelijk ingedeeld voor de functie die het had.
Qua stijl zijn overigens ook de twee ateliers die Perret liet bouwen in Boulogne enigszins vergelijkbaar. Atelier Dora Gobine [op Parijs1900] >>> In dit filmpje [Vimeo >>] worden deze ateliers onder de loep genomen en vergeleken.
Atelier Chana Orloff
Architect: Auguste Perret
Wanneer 1925 – 1927
Adres: Villa Seurat,7 bis. 14e arr
Metro: Cité Universitaire
website : Musee Chana Orloff >>>
Vlak achter Parc Montsouris aan de Boulevard Jourdan ligt de Cite Universitaire .
Een campus voor studenten uit de gehele wereld met gebouwen ontworpen door architecten uit verschillende landen. De meeste studenten paviljoens zijn gebouwd tussen 1920 en 1940. Le Corbusier ontwierp le Pavillon Suisse en Willem Dudok het college Neerlandais. Dit paviljoen is gebouwd in de stijl van het minimalistisch bouwen waarin Le Corbusier en Mallet Stevens in die tijd ook bouwden en herinnert bovendien ook sterk aan het raadhuis in Hilversum van Dudok .
In 1927 is met de bouw begonnen in opdracht van de Nederlandse Staat en officieel was het gebouw pas echt af in 1939. Geldgebrek gaf enorme vertraging. De laatste 3 jaar was het gebouw al bewoond terwijl het nog niet af was
Sindsdien is het Nederlandse paviljoen in gebruik als studentenhuisvesting echter het gebouw is intussen ernstig vervallen. Dat verbaast niet na bijna 70 jaar intensieve studentenbewoning. Een groot aantal paviljoens zijn al enige tijd geleden gerestaureerd op de Cité Universitaire, het college Neerlandais echter niet. Sinds december 2006 zijn er gelukkig plannen om ook dit gebouw te herstellen. Zowel de Nederlandse overheid als de Franse overheid hebben geld beschikbaar gesteld voor de renovatie. Deze kwestie speelt al enige jaren.
Recentelijk is dan toch de renovatie afgerond. In 2016 werd het College Neerlandais officieel heropend … zie Parijsmagazine >>>
]]>
De villa is beter bekend als “La Hublotière” dankzij de kelderramen in de zijgevels in de vorm van patrijspoorten (hublots) Le Vésinet had en heeft nog steeds een stedebouwkundig beleid, dat stamt uit 1856: het stadje is een park-stad. Veel tuinen, parken, plantsoenen en aangelegde meren (5 stuks).Le Vésinet heeft een lijst van 539 (2014) beschermde en te beschermen gebouwen, waarvan de meeste villa’s zijn in chaletstijl of “badplaatsenstijl” dus veel torentjes, gekleurde baksteen, ruwe zandsteen etc. Een plaatje, dat wel.
Een van de voorwaarden was, dat de voorgevels vanaf de weg zichtbaar waren. Zo komt het dat Le Vésinet een waar architectonisch kijkspel is; er zijn geen hoge muren, heggen etc, alhoewel van de villa de begane grond niet zichtbaar is. De voorgevel is symmetrisch, iets dat bij Guimard niet vaak voorkomt. Er wordt van uit gegaan, dat dit komt door de strenge regels of de smaak van de opdrachtgever. Van Guimard is bekend, dat hij welwillend tegenover zijn opdrachtgevevers stond. Anders is het met de zij- en achtergevels, die zijn echt wel Guimardiaans.
Van de zijgevels heb ik geen foto’s. De foto van de achtergevel komt van Wikipedia. Er is wel een mogelijkheid tot bezoek echter alleen de tuin en dus de buitenkant.
Deze bijzondere Villa was een paar zomers te bezoeken maar volgens de website is het nu particulier bezit en niet meer toegankelijk voor publiek
Adres:72 Route de Montesson, Le Vésinet. In de rijrichting van de trein rechts uitstappen en rechtsaf rue Georges Bizet, met de bocht mee kom je vanzelf op het kruispunt waar je het huis aan de overkant ziet liggen. Meer info vind je op de website >>>
In de jaren 50 van de vorige eeuw is er gerestaureerd, het tuinhek is bijv. verplaatst naar opzij maar verder is het geheel niet aangetast door veranderingen.
]]>
1902 (ong.): 104 avenue du Président Wilson, Montreuil.
Dit pand is ingeschreven als cultureel monument in het monumentenregister.
detail van het gestucte plafond in de hal, waarschijnlijk van de hand van sculpteur G.E. Ardouin.
métro 9 Robespierre
1903: 41 avenue de St. Mandé (12e arr.) Dit pand is als gemeentelijk monument aangemerkt in de PLU annexe 6 van de gemeente Parijs.
métro 6 Picpus
1905: 17 avenue du Bel-Air (12e arr.), sculpteur G. Ardouin.
1905: 2 rue Dorian (voormalig nr. 15 rue Dorian prolongée)
kanteelen op het dak, overvloedige sculpturen: het kattenkopje is grandioos.
métro 1,2,6,9 RER A, Nation
1907: 11bis rue Faidherbe (11e arr.)
métro 8 Faidherbe-Chaligny
1909: 4 rue Dorian (voormalig nr. 13 rue Dorian prolongée
Dit pand is het meest uitbundig gedecoreerd van allemaal, van onder tot boven beeldhouwwerk van Ardouin.
1909: 6 rue Dorian (voormalig nr. 11 rue Dorian prolongée
métro 1,2,3,9, RER A Nation
1914: 77 rue du Ruisseau (18e arr.). Waar alle andere panden zijn gebouwd in gepleisterde baksteen, is dit pand in ruwe baksteen gelaten.
métro 4 Porte de Clignancourt
]]>De villa zou geheel vrij komen te liggen met uitzicht op de Seinevallei in een bosrijke omgeving zo’n 30 kilometer van Parijs vlak buiten het plaatsje Poissy (zie kaart >>>).
Bij dit ontwerp heeft le Corbusier optimaal gebruik gemaakt van de vijf bouwconcepten die zo kenmerkend zijn voor zijn architectuur.Ook de inrichting van het huis is spectaculair. Ruimtes gaan in elkaar over en met name het dakterras op de bovenverdieping is daar een mooi voorbeeld van.
Na een grondige renovatie in de jaren 90 is de villa open gesteld voor publiek..
Meer over Le Corbusier op Parijs1900 >>
Meer info over Villa Savoye en bezoekmogelijkheden >>>
Over Villa Savoye:
]]>In zijn tijd beroemd en geëerd maar min of meer in de vergetelheid geraakt. Bechmann had een uitgebreid oeuvre, waarvan veel is verdwenen. Ik zal proberen in chronologische volgorde een lijstje te maken van dat wat over is:
1902-1904 Crèche van de wijk de La Gare (13e arr.) Deze crèche staat op 6 rue Baptiste Renard. Ik maakte mijn foto omdat ik het hekje zo leuk vond, niets wetende over architect etc. Bij mijn onderzoek voor dit artikel kwam ik de oude foto tegen en herkende het hekje. Métro 14 Olympiades
1909-1912 Hôpital Rothschild, 76 rue de Picpus/rue Santerre (12e arr.) Een eerste Hôpital Rothschild werd gesticht in de 19e eeuw door baron James de Rothschild met als bestemming de zorg voor personen van het Joodse geloof.Op initiatief van baron Edmond de Rothschild ontwierp Bechmann een nieuw ziekenhuis Rothschild op hetzelfde adres en met dezelde bestemming. Het ziekenhuis is tegenwoordig bestemd voor gehandicapten-, ouderen- en tandheelkundige zorg.Bechmann bouwde kleine zelfstandige units teneinde isolement van de zieken te waarborgen en zo het risico van besmetting zo klein mogelijk te houden. De gebouwen doen denken aan een tuinstad met veel bloemen op de begane grond. Bechmann heeft daartoe een omvangrijke voorstudie gemaakt samen met de hoofdarts van het ziekenhuis, geinspireerd door moderne buitenlandse ziekenhuizen. Tijdens de 1e Wereldoorlog werden gewonden opgenomen zonder onderscheid in geloof.
In 2005 werd in de rue Santerre nieuwbouw ontworpen door de architect Bruno Gaudin ivm uitbreiding van het ziekenhuis. Dit gebouw is in 2010 opgeleverd. Métro 6 Picpus of Bel-air.
1912-1913: Synagogue Chasseloup-Laubat, 14 rue Chasseloup-Laubat (15e) in opdracht van baron Edmond de Rothschild als voorzitter van de Joodse kerkenraad in Parijs, ontwierp Lucien Bechmann deze synagoge met woonhuis in byzantijnse stijl. Terwijl de andere grote synagoges die 30 tot 35 jaar eerder waren gebouwd, hun hoofdgevels direct aan de straat hadden (bijv. de Grote synagoge in de rue de la Victoire (1874), kiest Bechmann voor een ingang via een binnenhof. Het gebouw is opgetrokken in beige baksteen afgezet met witte steen voor de hoeken, de roosvensters en de bogen. Métro 6 Cambronne.
Vanaf 1910: de vader van Bechmann was directeur van de maatschappij Nord-Sud (métro’s) en vertrouwde de aankleding van de huidige stations van lijn 12 (lijn A van de Nord-Sud) toe aan zijn zoon, met name de ronde ingangszaal van station Saint-Lazare (8e arr) in samenwerking met de keramisten Gentil en Bourdet.
1913-1920: HBM (habitations à bon marché) Claude Decaen. Dit grote complex goedkope huurwoningen (sociale woningbouw voor de gemeente Parijs staat op 72 rue Claude Decaen/rue Tourneux (12e arr.) Métro 8 Daumesnil of Michel Bizot.
1919-1921 Domaine des quatre Vents, ook wel genaamd “Le Cottage”. Dit grote verblijf staat op een terrein van ongeveer 4 hectares op een plateau gelegen aan 60 bis rue du 19 Janvier in de gemeente Garches. Gebouwd in de anglo-normandische stijl , een stijl die zijn voorkeur had maar die hij nauwelijks gebruikte omdat hij zich meestal richtte op wat de klant wilde. Dit grootse gebouw was eigendom van Pierre Benjamin, baron de Gunzbourg. In het huis is voor de lambrisering, vloeren, kasten etc. gebruik gemaakt van eikenhout in plaats van het goedkopere “amerikaanse tulpenboomhout” omdat voor zo’n chique huis alles “uit de kast” moest worden getrokken. Op 24 oktober 1972 verkreeg de gemeente Garches het eigendom van het complex. Tegenwoordig wordt de 1e etage gebruikt als gemeentelijke muziek-, dans-, en toneelschool waar iedere week meer dan 700 leerlingen, kinderen, tieners en volwassenen, ontvangen worden.In het vrijetijdscentrum worden 140 kinderen ’s woensdags en in de schoolvakanties opgevangen voor verschillende activiteiten in de buitenlucht en in zalen voor leerzame doelen. (Deze informatie is uit 2015). Bus 360 La Défense- Garches, halte Quatre Vents
1922-1954 La Cité internationale universitaire de Paris (CiuP). Na het einde van de 1e Wereldoorlog werden er plannen gemaakt voor het oprichten van een stichting met als doel het bouwen van studentenverblijven per land en zodoende tot verbroedering en samenwerking te bereiken van vele studenten vanuit de hele wereld. Door verschillende publieke- en privé-weldoeners werd uiteindelijk besloten tot aankoop van grond die was vrijgekomen door de afbraak van de ommuring van 1840 van staatshoofd Thiers, gelegen in het 14e arr. langs de huidige Bd. Jourdan tot aan de Périphérique. Door Emile Deutsch de la Meurthe (een rijke “oliebaron” uit de Elzas en bovendien familiebanden met de vrouw van Bechmann) werd Bechmann in 1922 gevraagd een ontwerp voor de totale cité te maken op kosten van de Stichting Emile et Louise Deutsch de la Meurthe. In 1923 ontwierp Bechmann het 1e paviljoen van de cité:: de Fondation Deutsch de la Meurthe voor Franse studenten op 37 Bd. Jourdan. Métro 4, RER B Cité Universitaire, Tram 3A Cité Universitaire.
Dit complex werd gebouwd op de plek van het oude bastion nr. 82 van de ommuring van Thiers, die 94 bastions telde…
In 1933 werd het Maison Internationale ontworpen samen met architect Jean-Frédéric Larson met aan 17 Bd Jourdan de ingang- en administatie-gebouwen..
Lucien Bechmann is van 1923 tot 1954 raadgevend architect van de Cité internationale universitaire de Paris geweest.
1930: Washington Plaza, Immeuble Shell. Dit is één van de bekendste gebouwen van Bechmann op 38-44 rue Washington (8e arr). In opdracht van de zelfde Emile Deutsch de la Meurthe, die samen met zijn familie in 1922 eigenaar was van Naamloze Vennootschap Pétroles Jupiter,in 1948 opgegaan in de maatschppij Shell France, ontwierp Bechmann de kantoorgebouwen voor Shell in het kantorencomplex Washington Plaza, ook van zijn hand, in rue Washington, rue d’Artois en rue de Berri. Métro 1 George V, 9 St. Philippe du Roule. Bechmann had voor dit ontwep een studiereis naar de VS gemaakt met name om de bouw van wolkenkrabbers te bestuderen voor wat betreft het beheer van een dergelijk groot werk zoals planning, materialen etc. en was daardoor in staat de bouw met een jaar te bekorten, wat de kosten ten goede kwam.
Lucien Bechmann heeft gedurende de hele periode van zijn werkzame leven vele woongebouwen ontworpen die er nog wel staan, met name in het 16e arr., waarvan ik geen foto’s heb, wel op streetview heb bekeken, maar naar mijn “bescheiden” mening niet persé spectaculair maar wel mooi,: een kleine opsomming
1906-1907 60, 67, 71 rue des Vignes, 16e
1909-1914 1, 4 ,6 Chaussée de la Muette, 16e
Verder staat er op 19 rue de Passy, 16e, nog een garage en in
15e een ziekenhuis Saint Michel uit 1920.
Bronnen:
voornamelijk Wikipédia, archives de l’Architecture du XX siecle, Archiwebture.fr
]]>